Yentl geeft:
- Algemene Muzikale Vorming-lessen aan de Do-Re-Mini’s en de SuperMaestro’s
Over Yentl
De Deilse Yentl Demirel is sinds 2021 onze enthousiaste, toegewijde kids-muziek-juf. Vanuit haar passie voor kinderen en muziek is haar vak (naast een heel ander werkveld): leerkracht met vakspecialisatie muziek en daarin specifiek de specialisatie muziek voor het jonge kind. Sinds 2021 heeft ze er een superbelangrijke taak bij: mama zijn van een kleine jongedame.
Middels het kort interview hieronder maak je alvast een beetje kennis met Yentl:
Hoe ben jij bij muziek maken terechtgekomen, wie inspireerde jou daartoe?
“Mijn moeder is pianiste en gaf thuis pianoles. Daardoor was er altijd muziek in huis. Als kind pingelde ik wel eens op de piano, maar les van je moeder werkt niet zo goed. Verstopt achter de bank in de woonkamer stond ook een gitaar. Daar mochten we niet aankomen. Dus dat was precies wat ik wilde leren spelen.”
Waar begon je mee en waar leidde dat toe? En hoe ziet jouw pad er in de muziek uit tot nu toe?
Toen ik een jaar of 10 was, ging ik op gitaarles. Ik speelde klassiek en Spaans. Ik heb even elektrisch gitaar geprobeerd, en met een bandje meegespeeld. Maar akoestisch vond ik het leukste. In mijn studententijd ben ik gaan zingen. Eerst solo, maar ik ontdekte al snel dat samen zingen veel leuker is. Dus zong ik bij een aantal koren, en heb er ook eentje opgericht met een studiegenote. Dat is een operettekoor geworden dat nog steeds bestaat (Carmina Ludicra).
Na mijn studie filosofie ben ik gaan werken voor de overheid. Dat doe ik nu nog steeds. (Ik heb zelfs nog poos een medewerkerskoortje gedirigeerd). Maar ik deed ook altijd vrijwilligerswerk met kinderen, zoals het begeleiden van kindervakantieweken, werken bij de kindertelefoon en voorlezen. Daar wilde ik meer mee doen. Zodoende deed ik de PABO, in deeltijd, met daarbij de vakspecialisatie muziek. Nu kan ik twee passies combineren: werken met kinderen en muzikaal verbinden. Vanuit de PABO heb ik een stevige basis met didactische handvatten om aan te sluiten bij wat het kind nodig heeft. Daardoor kan ik makkelijk inspelen op wat de kinderen interessant vinden. Maar ook een brede interesse aanwakkeren voor andere muziekstijlen, of muziektheorie.
Toen mijn moeder verhuisde bleef er een piano ‘over’, die nu bij ons in huis staat. Daar speel ik graag op. In de tussentijd heb ik ook nog even klarinet gespeeld, en een poos cello. In huis verzamelen zich ‘als vanzelf’ allerlei instrumenten: een steeldrum, percussie-instrumenten, melodica, ukelele, … Je bent nooit te oud om te leren!
Welke muziek vind jij zelf te gek?
“Ik houd eigenlijk van veel soorten muziek. Maar in het bijzonder van wereldmuziek, filmmuziek, van oude swing-jazz, van minimalistische klassieke muziek. Goede kindermuziek kan ik ook waarderen. En héél af en toe houd ik van lekker dansen op techno!”
Hoe kijk jij naar ‘muziekles geven’?
“Net zoals een lichaam behoefte heeft aan voedsel, heeft de geest behoefte aan expressie en zingeving. Die van kinderen net zo goed als die van volwassenen! Muziek is één van de manieren om hiermee bezig te zijn. Je leert je uitdrukken, en je muzikaal te verbinden met anderen. Mijn belangrijkste doel is dat de kinderen ervaren hoeveel plezier ze kunnen hebben in muziek. Dat ze zin krijgen in muziek, dat hun zelfvertrouwen groeit, en dat ze nieuwsgierig worden naar méér. Dat ze de basisvaardigheden ontwikkelen die je gebruikt om een heel leven lang muziek te blijven maken.
Muziek is altijd in het hier en nu. Je maakt het mee en je doet het samen. Elke leerling en elke les is weer anders. Ik kom altijd vrolijk terug van muziekles geven. Soms sta ik echt versteld van wat een kind kan leren! Ik heb afgeleerd om te denken dat iets ‘te moeilijk’ is. Het startpunt is enthousiasme en inspiratie. Dan zoek ik daarbij oefeningen, spelletjes en opdrachten die de leerlingen verder helpen in hun muzikale ontwikkeling. Elke les komen meerdere pijlers aan bod, maar zingen en bewegen doen we altijd. Daarnaast werken we aan instrumenten bespelen, luisteropdrachten en (beginnend) notenleer. “
Wil je